Machtiging beschikkingshandelingen
Voor een aantal beschikkingshandelingen heeft de bewindvoerder vooraf toestemming nodig van de betrokkene of, als deze daartoe niet in staat is of dit weigert, een schriftelijke machtiging van de kantonrechter. Was de betrokkene bij aanvang van het bewind nog wel wilsbekwaam en in staat om toestemming te geven, maar twijfelt de bewindvoerder er aan of dat nog steeds het geval is, dan dient de bewindvoerder die twijfel aan de kantonrechter mee te delen en veiligheidshalve machtiging te vragen. De machtiging die de bewindvoerder nodig heeft, moet schriftelijk aan de kantonrechter worden gevraagd onder bijvoeging van stukken die voor de beoordeling van belang zijn, zoals bijvoorbeeld een offerte. Voor de volgende gevallen is een machtiging nodig:
- het aangaan van overeenkomsten (aankoop, verkoop of het bezwaren van goederen);
Is betrokkene niet in staat om toestemming te geven of weigert hij dat, dan is voor een aankoop door de bewindvoerder van meer dan € 1.500,- een machtiging vereist, tenzij de kantonrechter anders heeft bepaald. Geen machtiging is nodig indien het gaat om betaling van een belastingaanslag of om betaling van de vastgestelde bijdrage Wet langdurige zorg. Ook is geen machtiging nodig voor beleggen of herbeleggen binnen de grenzen van een (zeer) defensief beleggingsplan. Is betrokkene niet in staat om toestemming te geven of weigert hij dat, dan dient bij het machtigingsverzoek tot verkoop en levering van de woning van de betrokkene of tot opzegging van de huurwoning aannemelijk te worden gemaakt dat de betrokkene daarin niet zelfstandig kan wonen of daarin niet kan terugkeren na, bijvoorbeeld, een opname in een instelling. U dient tegelijkertijd met een machtigingsverzoek tot verkoop van woning van betrokkene de koopovereenkomst (met daarin de ontbindende voorwaarde dat machtiging van de kantonrechter moet zijn verkregen en dat de koper bij gebreke daarvan geen schadevergoeding kan vorderen) en een taxatierapport/waardebepaling toe te zenden.
Bij het bezwaren van goederen kan worden gedacht aan het vestigen van een hypotheekrecht op een onroerende zaak waarvan de betrokkene (mede)eigenaar is.
- het pachten, verpachten, huren of verhuren ten behoeve van de betrokkene;
- het aangaan van een (vaststellings)overeenkomst ter beëindiging van een geschil, tenzij het geschil een bedrag lager dan € 700,- betreft of de overeenkomst tijdens een schikkingscomparitie bij de rechter tot stand is gekomen;
- geld van de betrokkene uitlenen of de betrokkene als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbinden;
- het aannemen van een gift, een erfstelling of een legaat waaraan lasten of voorwaarden zijn verbonden;
- overeenkomen dat een nalatenschap, waarin de betrokkene (mede) gerechtigd is, voor een bepaalde tijd onverdeeld wordt gelaten;
- deelneming aan de verdeling van een nalatenschap waarin de betrokkene erfgenaam is. Zie verder 14. Betrokkene als erfgenaam, legataris of begiftigde;
- procederen;
- het uitkeren van ‘kindsdelen’;
- een schenking doen ten laste van het vermogen van betrokkene;
Een schenking doen namens betrokkene is een beschikkingsdaad en geen beheersdaad. Is de betrokkene niet (meer) in staat om toestemming te geven of weigert hij dat, dan wordt het doen van een schenking namens de betrokkene in het algemeen niet toegestaan door de kantonrechter, tenzij de betrokkene voorafgaand aan het bewind aantoonbaar al periodiek schenkingen deed (de schenkingstraditie). Is er een schenkingstraditie dan dient u voor elke schenking (ook al is deze beneden de € 1.500,- of ter grootte van het jaarlijkse belastingvrije schenkingsbedrag) vooraf machtiging aan de kantonrechter te vragen. In beginsel wordt een schenkingsverzoek afgewezen als er geen schenkingstraditie kan worden aangetoond of wanneer het liquide vermogen van betrokkene (zie 1. Definities) door de schenking lager wordt dan € 30.000,-. Een verzoek om te mogen schenken namens betrokkene moet daarom goed zijn gemotiveerd.